Ford Ka+ - Instructieboekje (2018-2024): Economisch rijden

Het brandstofverbruik wordt beïnvloed door diverse factoren, zoals uw rijstijl, de rijomstandigheden en hoe uw auto is onderhouden.

Let op het volgende om uw brandstofverbruik te verbeteren:
  • Accelereer en rem af op een vloeiende, gematigde wijze.
  • Rijd tegen een constante snelheid.
  • Anticipeer wanneer u moet stoppen; als u vertraagt, hoeft u mogelijk niet te stoppen.
  • Combineer boodschappen die u moet doen en voorkom dat u vaak moet stoppen tijdens het rijden.Wanneer u meerdere boodschappen doet, ga dan eerst naar de verste bestemming voordat u weer richting huis gaat.
  • Sluit de ramen wanneer u op hoge snelheid rijdt.
  • Rijd tegen een redelijke snelheid. (Rijden tegen 105km/h verbruikt 15% minder brandstof dan rijden tegen 121km/h).
  • Houd de banden goed op spanning en gebruik alleen de voorgeschreven bandenmaten.
  • Gebruik de aanbevolen motorolie.
  • Laat alle reguliere onderhoudsbeurten uitvoeren.
  • Volg het schakelindicatielampje op het instrumentenpaneel voor het ideale moment om te schakelen. Als u dat doet, gaat u zuiniger rijden met minder emissies.Zie Waarschuwings- en indicatielampen. voor meer informatie over het schakelindicatielampje op het instrumentenpaneel.
Er zijn ook een aantal handelingen die u moet vermijden, aangezien ze uw brandstofverbruik verhogen:
  • Vermijd onverwacht of snel accelereren.
  • Vermijd dat u het motortoerental hoog laat oplopen voordat u de auto uitzet.
  • Vermijd lang stationair draaien.
  • Vermijd uw auto lang laten warmdraaien op koude ochtenden.
  • Beperk het gebruik van de airconditioning en de verwarming.
  • Vermijd het gebruik van de snelheidsregeling op heuvelachtig terrein.
  • Laat uw voet tijdens het rijden niet op het rempedaal rusten.
  • Vermijd onnodig gewicht mee te nemen (voor elke 180kg aan beladen gewicht verliest u ongeveer 1 mpg [0,4 kilometer per liter]).
  • Vermijd het toevoegen van specifieke accessoires aan uw auto (bijv. vliegenweringen, dakdragers/lichtbalken, treeplanken, skirekken).
  • Vermijd rijden met verkeerd uitgelijnde wielen.
  • Vermijd uitrollen in neutraal.
Voorzorgsmaatregelen voor koude weersomstandigheden

De werking van sommige componenten en systemen kan worden beïnvloed bij temperaturen lager dan -25ºC.

    READ NEXT:

     Door water rijden

    WAARSCHUWINGRijd niet door stromend of diep water, want dan kunt u de controle over de auto verliezen. N.B.: Rijden door stilstaand water kan schade aan de auto veroorzaken. N.B.: Er kan motorschade ontstaan als water in het luch

     Vloermatten

    WAARSCHUWINGGebruik een vloermat die is ontworpen voor de beenruimte van uw voertuig en de pedalen niet hindert. Als u deze instructie niet opvolgt, kan dit leiden tot verlies van controle over de auto en al dan niet dodelijke ve

    SEE MORE:

     Parkeerrem

    WAARSCHUWINGAls de parkeerrem volledig is vrijgezet, maar de remwaarschuwingslamp blijft branden, werken de remmen wellicht niet correct. Laat uw auto zo snel mogelijk controleren. N.B.: Als de auto wordt geparkeerd op een hellin

     Standlicht

    Trek de multistekker los. Draai de lamphouder linksom en verwijder deze. Trek aan de gloeilamp. Druk de lamphouder in en draai de houder met de klok mee om in elkaar te zetten. Richtingaanwijzer Volg de procedure voor het verwi