Volkswagen up, Skoda Citigo - Instructieboekje (2011-2024): CNG (gecomprimeerd aardgas) tanken

Afb. 136 Vulopening voor het tanken van aardgas
Afb. 136 Vulopening voor het tanken van aardgas

De bediening bij de diverse aardgastankinstallaties kan verschillend zijn. Bij het tanken van aardgas bij een u onbekende tankinstallatie moet u de daar aanwezige instructies volgen of het tanken door het personeel van het tankstation laten uitvoeren.

Tankprocedure

  • Het contact uitschakelen.
  • De tankklep openen.
  • De dop A " afb. 136 in pijlrichting verwijderen en de vulkoppeling van de tankinstallatie op de vulopening B aanbrengen.

De brandstoftank is vol als de compressor van de tankinstallatie automatisch uitschakelt.

  • Controleren of de afdichtring C " afb. 136 in de vulopening B is blijven zitten.

    Als de afdichtring op de vulkoppeling is geschoven, dan moet hij weer in de vulopening worden aangebracht.

  • De dop A op de vulopening aanbrengen en de tankklep sluiten tot deze correct is vergrendeld.

De aardgas-tankinstallaties beschikken over een bescherming tegen overvullen die afhankelijk is van de buitentemperatuur. Bij zeer hoge buitentemperaturen kan het voorkomen dat de aardgastank eventueel niet volledig kan worden volgetankt.

Wanneer de wagen direct na het tanken is geparkeerd, kan de wijzer van de gasvoorraadmeter bij het starten mogelijk niet exact hetzelfde peil aangeven als direct na het tanken. Dit betreft geen lekkage in het systeem, maar een drukdaling veroorzaakt door de afkoeling van het gas in de aardgastank na het tanken.

De maximale levensduur van de aardgastank bedraagt 20 jaar.

De inhoud van de aardgastank bedraagt ongeveer 11 kg, waarvan 1,5 kg reserve.

De inhoud van de benzinetank bedraagt ongeveer 10 liter, waarvan 5 liter reserve.

ATTENTIE
  • Aardgas is zeer explosief en zeer brandgevaarlijk.
  • Tijdens het tanken nooit in de wagen stappen. Wanneer in uitzonderingsgevallen in de wagen moet worden gestapt, het portier sluiten en daarbij een metalen oppervlak aanraken voordat de vulkoppeling weer wordt aangeraakt.

    Anders kunnen elektrostatische ontladingen optreden - brandgevaar!

 

VOORZICHTIG LNG (Liquefied Natural Gas), LPG (Liquefied Petroleum Gas) en Hythan (mengsel van waterstof en methaan) mogen niet worden gebruikt - gevaar voor motorschade en beschadiging van het uitlaatsysteem.

Let op Tijdens het tanken treden geluiden op, deze zijn echter geen reden om u zorgen te maken. Bij onzekerheid de hulp inroepen van het personeel van het tankstation.

    READ NEXT:

     CNG

    Afb. 137 Plaats van de CNG-sticker / CNG-sticker Een G-TEC-wagen kan op CNG en benzine rijden. Plaats van de CNG-sticker bij aardgaswagens " afb. 137. Automatisch omschakelen van rijden op aardgas naar rijden op benzine - het automatisch

     Inleiding voor het onderwerp

    ATTENTIE De motor nooit met extra dempingsmateriaal (bijvoorbeeld een deken) afdekken - brandgevaar!   ATTENTIE Bij werkzaamheden in de motorruimte de volgende instructies in acht nemen - gevaar voor verwondingen of brand.

    SEE MORE:

     Wegrijden en rijden

    Wegrijden en tijdelijk stoppen Het rempedaal intrappen en vasthouden. De motor starten. De keuzehendel in pijlrichting tegen de veerdruk in naar links drukken " afb.125 en stand D inschakelen. Het rempedaal loslaten en gas geven. Bij

     Inleiding voor het onderwerp

    Vóór elke rit de juiste zithouding innemen en deze houding ook tijdens de rit niet wijzigen. Ook de passagiers erop wijzen de juiste zithouding in te nemen en deze houding ook tijdens de rit niet te wijzigen. Voor de bijrijder geld