Compacte stadsauto: Passagiersairbag

Passagiersairbag

De airbag is ontworpen om te worden geactiveerd bij zware frontale of bijna frontale aanrijdingen. De airbag wordt geactiveerd binnen een paar duizendsten van een seconde, waarbij een voorwaartse beweging van het lichaam wordt opgevangen, en loopt leeg bij contact met de inzittende. De airbag is niet ontworpen om te worden geactiveerd bij een lichte frontale aanrijding, aanrijding van achteren, zijdelingse aanrijding of kantelen van de auto.

Schakelaar deactivering passagiersairbag monteren
WAARSCHUWING

U moet de passagiersairbag uitschakelen wanneer een naar achteren gericht kinderstoeltje op de voorstoel wordt gebruikt.

Wanneer u een kinderzitje op een stoel moet plaatsen, waarvoor zich een operationele airbag bevindt, laat dan een schakelaar monteren waarmee de airbag aan passagierszijde kan worden uitgeschakeld. Neem contact op met een erkende dealer.

De passagiersairbag uitschakelen

WAARSCHUWING

U moet de passagiersairbag uitschakelen wanneer een naar achteren gericht kinderstoeltje op de voorstoel wordt gebruikt.

De passagiersairbag uitschakelen

De passagiersairbag uitschakelen

  1. Uitschakelen
  2. Inschakelen

Zet de schakelaar in stand A.

Missing Image Controleer bij het aanzetten van het contact, of de controlelamp airbag uitgeschakeld gaat branden.

N.B.: De sleutelschakelaar bevindt zich in het dashboardkastje en de waarschuwingslamp dat de airbag is uitgeschakeld bevindt zich in het instrumentenpaneel.

De passagiersairbag inschakelen

WAARSCHUWING

U moet de passagiersairbag uitschakelen wanneer een naar achteren gericht kinderstoeltje op de voorstoel wordt gebruikt.

Zet de schakelaar in stand B.

Missing Image Wanneer u het contact aanzet, moet u controleren dat de waarschuwingslamp dat de airbag is ingeschakeld brandt.

N.B.: De sleutelschakelaar bevindt zich in het dashboardkastje en de waarschuwingslamp dat de airbag is uitgeschakeld bevindt zich in het instrumentenpaneel.

    READ NEXT:

     Zij-airbags

    WAARSCHUWINGPlaats geen voorwerpen en bevestig geen apparatuur op of bij de hemelbekleding bij de zijrail. Zo voorkomt u dat ze in contact kunnen komen met de gordijnairbag als die wordt geactiveerd. Als deze instructies niet wor

     Zijgordijnairbags

    WAARSCHUWINGPlaats geen voorwerpen en bevestig geen apparatuur op of bij de hemelbekleding bij de zijrail. Zo voorkomt u dat ze in contact kunnen komen met de gordijnairbag als die wordt geactiveerd. Als deze instructies niet wor

     Crashsensoren en airbagcontrolelamp

    WAARSCHUWINGUitrusting aan de voorzijde van uw auto (inclusief motorkap, bumpersysteem, frame, carrosseriestructuur vooraan, trekhaken en motorkappennen) wijzigen of toevoegen kan de prestaties van het airbagsysteem, waardoor het

    SEE MORE:

     Inleiding voor het onderwerp

    De bandenspanningscontrole (hierna systeem) controleert de bandenspanning tijdens het rijden. Bij een verandering van de bandenspanning gaat het controlelampje in het instrumentenpaneel branden en klinkt er een akoestisch signaal, Bandensp

     Benzine tanken

    Afb. 135 Tankklep openklappen / tankdop eruit draaien / tankdop op de tankklep steken Het contact uitschakelen. De tankklep in pijlrichting 1 openklappen " afb. 135. De tankdop vasthouden en met de sleutel linksom ontgrendelen. De tank